2 Samuel 5:4-5

4Dertig jaar was David oud, als hij koning werd; veertig jaren heeft hij geregeerd.
 oud Hebreeuws, een zoon van dertig jaar
,
 veertig jaren En zes maanden, gelijk uit vs.5 blijkt. Van zulk een gebruik van een rond getal, zie Jdg 11:26. Anderen verstaan zes maanden onder de veertig jaren. Doch vs.5 en 1Ki 2:11 [alwaar dezelfde jaren van Davids regering te Hebron alleen gesteld worden, zonder de zes maanden] schijnen mede te brengen dat de zes maanden zijner regering te Hebron overschieten.
5Te Hebron regeerde hij over Juda zeven jaren en zes maanden; en te Jeruzalem regeerde hij drie en dertig jaren over gans Israël en Juda.
Copyright information for DutSVVA