Daniel 11:16
16Maar hij, die tegen hem komt, zal doen naar zijn welgevallen, en niemand zal voor zijn aangezicht bestaan; hij zal ook staan in het land des sieraads, en de verderving zal in zijn hand wezen. ▼▼ hij, Te weten Antiochus, de koning van het noorden.
,
▼▼ hem komt, Tegen Ptolomeus Epifanes.
,
▼▼ in het land des sieraads, Dat is, in het Joodse land. Zie de aantekening boven Dan 8:9 . Anderen: in het land Zebi. Daniël geeft met deze woorden te verstaan dat Antiochus niet alleen Egypte zou aantasten, maar ook Judea, hetwelk hij den Joden tevoren zegt, opdat zij zouden weten dat het alles geschiedt door de voorzienigheid van God.
,
▼▼ de verderving zal in zijn hand wezen Dat is, hij zal het gehele Joodse land kunnen verderven. Of de zin is: Hij zal kunnen doen en volbrengen wat hij wil. Alzo wordt het woord voleinding somtijds genomen voor vervulling en volbrenging, maar meest betekent het een uiterste verderving. Zie Gen 18:21 . Zie de vervulling dezer profetie bij Josefus lib.12. Antiq.cap.3, en Polyb.lib.11.
Copyright information for
DutSVVA