‏ Deuteronomy 2:22

22Gelijk als Hij aan de kinderen van Ezau, die in Seir wonen, gedaan heeft, voor welker aangezicht Hij de Horieten verdelgde; en zij verdreven hen uit de bezitting, en hebben aan hun plaats gewoond tot op dezen dag.
 Hij aan de kinderen van Ezau, Namelijk, de HEERE.
Copyright information for DutSVVA