‏ Deuteronomy 32:31

31Want hun rotssteen is niet gelijk onze Rotssteen, zelfs onze vijanden rechters zijnde.
 hun Te weten, der vijanden.
,
 rotssteen is niet gelijk Dat is, afgoden, op welken zij zich als op een rots verlaten.
,
 Rotssteen, Onze God, op welken wij ons verlaten als op een rots.
,
 zelfs onze vijanden Of, laat onze vijanden zelfs rechters zijn; dat is, zij moeten het zelf bekennen, als bevindende door de ervarenheid dat hun afgoden gans geen macht hebben om te wreken of te straffen, gelijk de God Israëls zijn macht aan zijn volk en de vijanden daarvan in het openbaar betoont, aan beiden zijn rechtvaardigheid bewijzende.
Copyright information for DutSVVA