Exodus 4:2-4
2En de Heere zeide tot hem: Wat is er in uw hand? En hij zeide: Een staf. ▼▼ Een staf vs.20 wordt hij genoemd de staf Gods, omdat door de kracht van God grote dingen daarmede zijn uitgericht.
3En Hij zeide: Werp hem ter aarde. En hij wierp hem ter aarde! Toen werd hij tot een slang; en Mozes vlood van haar. ▼
,
▼
,
▼▼ vlood van haar Te weten, van vrees.
4Toen zeide de Heere tot Mozes: Strek uw hand uit, en grijp haar bij haar staart! Toen strekte hij zijn hand uit, en vatte haar, en zij werd tot een staf in zijn hand. ▼▼ hand Hebreeuws, Palm.
Copyright information for
DutSVVA