‏ Ezekiel 23:4

4Haar namen nu waren: Ohola, de grootste, en Oholiba, haar zuster; en zij werden de Mijne, en baarden zonen en dochteren; dit waren haar namen: Samaria is Ohola, en Jeruzalem Oholiba.
 namen nu waren Versta, figuurlijke namen.
,
 Ohola, Dat is, hunne tent, of tabernakel; alzo noemt God de tien stammen, en Samaria [hunne hoofdstad, Isa 7:9 , gelijk volgt] omdat zij zich van Juda, Gods tempel en waren dienst hadden afgezonderd, en een godsdienst afzonderlijk op zichzelven aangesteld. Zie 1Ki 12:16 , 1Ki 12:28-29 , enz.
,
 grootste, Alzo worden de tien stammen genoemd vanwege hun macht en aanzien.
,
 Oholiba, Dat is, mijne tent [is] in, of onder haar. Alzo noemt God Jeruzalem en Judea, omdat zijn tempel en godsdienst aldaar waren, die Hij zelf had verordineerd.
,
 Mijne, Of, waren mijne. Hebreeuws, Mij, dat is, Ik trouw deze, of had ze getrouwd, en een huwelijksverbond met haar gemaakt. Zie boven Eze 16:8 , Eze 16:20 ; want deze namen geeft haar God van hetgeen onder het staande huwelijk gebeurd is.
,
 haar namen Versta, eigenlijke en niet figuurlijke namen.
Copyright information for DutSVVA