‏ Ezekiel 27:6

6Zij hebben uw riemen uit eiken van Basan gemaakt; uw berderen hebben zij gemaakt uw welbetreden elpenbeen, uit de eilanden der Chittieten.
 uw berderen Hebreeuws, uw berd, of bank, of men zou het kunnen overzetten bankwerk.
,
 welbetreden Hebreeuws, ene dochter der treden, of gangen; dat is, hetwelk lang in de aarde gelegen, en waar men, vervolgens, lang over gegaan heeft, dat voor het rechte elpenbeen gehouden wordt, Plin.lib.8, cap.3; zie van deze manier van spreken Job 5:7 ; Isa 5:1 . Anders: uwe [scheeps] banken, [waarop men roeide, of waar de reizigers op zaten tot pracht] hebben die van de vereniging der Assyriërs [of, Aschurieten, zie 2Sa 2:9 met de aantekening] gemaakt van elpenbeen, enz., omdat de Hebreeuwse woorden Aschur en Asschur elkander zeer nakomen.
,
 elpenbeen, Zie 1Ki 10:18 .
,
 Chittieten Zie Gen 10:4 . Sommigen verstaan de natiën, die westwaarts van Palestina gelegen waren.
Copyright information for DutSVVA