Ezekiel 4:1-2
1En gij, mensenkind, neem u een tichelsteen, en leg dien voor uw aangezicht, en bewerp daarop de stad Jeruzalem. ▼▼ tichelsteen, Versta, een platvormige effen tafel van tichelsteen gemaakt, waarop men iets schrijven, graveren of afbeelden kon; gelijk bij ons de schalen tot zulk een einde gebruikt worden.
,
▼ 2En maak een belegering tegen haar, en bouw tegen haar sterkten, en werp tegen haar een wal op, en stel legers tegen haar, en zet tegen haar stormrammen rondom. ▼▼ maak een belegering tegen haar, Te weten in afbeelding, of schildering.
,
▼
,
▼▼ werp tegen haar Hebreeuws, stort, of giet uit.
,
▼
,
▼
Copyright information for
DutSVVA