‏ Genesis 23:19-20

19En daarna begroef Abraham zijn huisvrouw Sara in de spelonk des akkers van Machpela, tegenover Mamre, hetwelk is Hebron, in het land Kanaän.
 tegenover Hebr. tegen het aangezicht Mamre.
,
 Hebron, Zie bov. vs.2.
,
 in het Hetwelk wel Abraham en zijn zaad door God gegeven was, om te zijner tijd erfelijk te bezitten, maar daar hij vooralsnog een vreemdeling daarin was, heeft hij [gelijk ook andere gelovige voorvaders] begeerd daarin begraven te worden, tot een teken dat zij geloofden de beloftenis Gods, van dit land te zullen bezitten, hetwelk hun een pand was van het hemelse Kanaän.
20Alzo werd die akker, en de spelonk die daarin was, aan Abraham gevestigd tot een erfbegrafenis van de zonen Heths.
Copyright information for DutSVVA