‏ Genesis 23:3

3Daarna stond Abraham op van het aangezicht van zijner dode, en hij sprak tot de zonen Heths, zeggende:
 op van Als een gelovig patriarch, zijn droefenis en rouw over Sara matigende, willende haar nu een eerlijke begrafenis in een vreemd land bezorgen.
,
 zonen Anders, kinderen; alzo ook vs.5, 7, 10,11, 16, 18, 20. Dat is, tot de regenten, of voornaamsten der Hethieten, die Kanaänieten waren, afkomstig van Heth, Chams kindskind. Zie boven, Gen 10:15.
Copyright information for DutSVVA