Isaiah 10:29
29Zij trekken door den doorgang, te Geba houden zij hun vernachting; Rama beeft, Gibea Sauls vlucht. ▼▼ den doorgang, Dat is, de engten der bergen bij Michmas, door welke men gaan moest als men uit Efraïm naar den stam van Benjamin reisde. Zie
1Sa 13:23 . Anders: in de rustplaats, of in de herberg te Geba vernachten zij.
,
▼
,
▼▼ Rama Dat is, de burgers te Rama beven; te weten van wege de aankomst der Assyriërs. Zie van Rama
Jos 18:25 .
,
▼▼ Gibea Sauls vlucht Dat is, de burgers te Gibea Sauls. Van deze stad wordt ook gesproken
1Sa 11:4 ; aldus genoemd omdat de koning Saul daar geboren was. Zie
1Sa 10:26 .