Isaiah 33:1

1Wee u, gij verwoester, die niet verwoest zijt, en gij, die trouwelooslijk handelt, waar men niet trouwelooslijk tegen u gehandeld heeft! Als gij het verwoesten zult volbracht hebben, zult gij verwoest worden; als gij het trouweloos handelen zult voleind hebben, zal men trouwelooslijk tegen u handelen.
 gij verwoester, Te weten gij Sanherib, koning van Assyrië. Doch het wordt ook gesproken tot alle vervolgers van de kerk Gods.
,
 Als gij Als gij aan het einde, hetwelk u God gesteld heeft, zult gekomen zijn, dat is als gij uw maat zult vervuld hebben, als de straffen, met welke God zijn volk zal bezoeken, een einde nemen zullen.
,
 zult gij verwoest Te weten vooreerst uw leger door den engel; daarna bijzelf door uwe zonen, zie 2Ki 19:35 , enz., eindelijk uwe stad Nineve door de Chaldeën.
,
 zal men trouwelooslijk Het schijnt dat dit te duiden is op de zonen van Sanherib, die hem in zijn afgodischen tempel hebben vermoord; 2Ki 19:37 .
Copyright information for DutSVVA