Judges 10:16
16En zij deden de vreemde goden uit hun midden weg, en dienden den Heere. Toen werd Zijn ziel verdrietig over den arbeid van Israël. ▼▼ vreemde goden uit hun midden weg, Hebreeuws, de goden der vreemden; dat is, der heidenen, die van God en Israël vervreemd waren.
,
▼
,
▼▼ arbeid van Israël Of, moeite, dat is, ellende, lijden, verdriet, die hun werden aangedaan en waarin hun zielen arbeidden.
Copyright information for
DutSVVA