Jeremiah 44:17

17Maar wij zullen ganselijk doen al hetgeen uit onzen mond is uitgegaan, rokende aan Melecheth des hemels, en haar drankofferen offerende, gelijk als wij gedaan hebben, wij en onze vaders, onze koningen en onze vorsten, in de steden van Juda en in de straten van Jeruzalem; toen werden wij met brood verzadigd, en waren vrolijk, en zagen geen kwaad.
 ganselijk doen Of, zekerlijk. Hebreeuws, doende doen.
,
 hetgeen Hebreeuws, woord, ding, zaak.
,
 uit onzen mond is uitgegaan, Dat is, wij zullen onze geloften volbrengen, zie Num 30:2 ; Jdg 11:36 , en onder vs.25.
,
  Melecheth des hemels, Zie boven de aantekening Jer 7:18 .
,
 vrolijk, Hebreeuws, goed; dat is, vrolijk. Zie Jdg 16:25 .
,
 zagen geen kwaad Dat is, ons wedervoer geen ongeluk of tegenspoed; zie Job 7:7 .
Copyright information for DutSVVA