Job 5:13-14

13Hij vangt de wijzen in hun arglistigheid; dat de raad der verdraaiden gestort wordt.
 wijzen Dat is, die menen wijs te wezen, of die wijs zijn naar de wereld. Alzo Isa 44:25 ; Oba 1:8 ; Mat 11:25 .
,
 verdraaiden Of, tegenworstelenden. Versta, degenen, die met verkeerde zinnen woelen en worstelen om hun schalksheden in het werk te stellen. Alzo verdraaid, voor verkeerd, Pro 8:8 .
,
 gestort Hebreeuws, verhaast; dat is, over hoop geworpen en verstoord.
14Des daags ontmoeten zij de duisternis, en gelijk des nachts tasten zij in den middag.
 Des daags Versta hiermede dat zij in de allerklaarste zaken blind zijn en zonder beleid van een recht verstand, hoewel zij zich gelaten zeer wijs en scherpzinnig te wezen. Vergelijk Deu 28:28 .
,
 in de middag Dat is, als het allerklaarst is. Vergelijk Deu 28:29 ; onder, Job 11:17 ; Isa 50:10 ; Jer 15:8 . Alzo wordt de middag genomen voor hetgeen zeer klaar is; Psa 37:6 .
Copyright information for DutSVVA