‏ Matthew 5:11-12

11Zalig zijt gij, als u de mensen smaden, en vervolgen, en liegende alle kwaad tegen u spreken, om Mijnentwil.
 alle Dat is, allerlei.
,
 kwaad Grieks: kwaad woord.
,
 tegen u spreken Dat is, dat u tegen gaat, of tot uw nadeel.
12Verblijdt en verheugt u; want uw loon is groot in de hemelen; want alzo hebben zij vervolgd de profeten, die voor u geweest zijn.
 loon is Namelijk dat God belooft en geven zal, niet uit verdienste, maar uit genade, Rom 6:23 , om Christus' wil, 2Co 1:10 , en zo ook 2Co 6:1 , en elders doorgaans.
,
 groot in de hemelen; Grieks: veel.
,
  vóór u geweest zijn. Dat is, voor uw tijden, of in voorgaande tijden.
Copyright information for DutSVVA