‏ Nehemiah 9:25-26

25En zij hebben vaste steden en een vet land ingenomen, en erfelijk bezeten, huizen, vol van alle goed, uitgehouwen bornputten, wijngaarden, olijfgaarden en bomen van spijze, in menigte; en zij hebben gegeten, en zijn zat en vet geworden, en hebben in wellust geleefd, door Uw grote goedigheid.
 alle goed, Dat is, allerlei.
,
 van spijze, Dat is, dragende eetbare vruchten.
,
 hebben in wellust Of, hebben zich verlustigd over uw groot goed; dat is, grote en vele goederen, die Gij hun gaaft.
26Maar zij zijn wederspannig geworden, en hebben tegen U gerebelleerd, en Uw wet achter hun rug geworpen, en Uw profeten gedood die tegen hen betuigden, om hen te doen wederkeren tot U; alzo hebben zij grote lasteren gedaan.
 achter hun rug Vergelijk Psa 50:17 ; Eze 23:35 , enz.
,
 tegen hen Of, onder hen; alzo vs.29,30, 34.
Copyright information for DutSVVA