Philemon 2

2En aan Appia, de geliefde, en aan Archippus, onzen medestrijder, en aan de Gemeente, die te uwen huize is:
 Appia, Het is zeer waarschijnlijk, dat deze geweest is de huisvrouw van Filemon, die daarbij gevoegd wordt, omdat haar de zaak mede aanging.
,
 Archippus, Deze was een dienaar van de gemeente te Colosse, Col 4:17, en wordt hier bijgevoegd, opdat hij de verzoening van Onesimus zou helpen bevorderen met zijn tegenwoordigheid en aanzien.
,
 medestrijder, Namelijk in dien krijg, waarvan de apostel spreekt 1Ti 1:18; 2Ti 2:3.
,
 uwen huize is Dit wordt verstaan van het huis van Filemon, aan wien deze brief vooral geschreven is.
Copyright information for DutSVVA