‏ Psalms 103:5

5Die uw mond verzadigt met het goede, uw jeugd vernieuwt als eens arends.
 uw mond Dat is, die u met alle nooddruft rijkelijk verzorgt. Hebr. uw sieraad. Alzo wordt de mond genoemd; gelijk elders de tong de eer genoemd wordt.
,
 uw jeugd Dat is, God geeft u, zelfs in uw ouderdom, kloekheid en frisheid, gelijk de arenden een sterke natuur hebben en tot zeer groten ouderdom komen [zie Isa 40:31 ] , en dan eindelijk sterven, niet doordien hun de kracht vergaat vanwegen den grote ouderdom, maar zij sterven van honger, als het opperste deel des beks over het onderste gewassen is zodat zij niet eten kunnen.
Copyright information for DutSVVA