Psalms 2:7-9
7Ik zal van het besluit verhalen: de Heere heeft tot Mij gezegd: Gij zijt Mijn Zoon, heden heb Ik U gegenereerd. ▼▼ Ik zal Dit zijn de woorden van Gods Zoon.
,
▼
,
▼▼ besluit Of, inzettingen, ordinantie, die de Vader gemaakt heeft over mij, als zijn enigen eeuwigen Zoon; gelijk terstond in het volgende verhaald wordt; als een fondament, waarop God Hem tot een Hoofd en HEERE over zijne kerk gesteld heeft. Zie van dit besluit vs.6, 8, enz. Phi 2:6 , Phi 2:9 , enz. Col 1:15-18 .
,
▼▼ heden Dit moet men verstaan van de eeuwige, onbegrijpelijke, Goddelijke geboorte des Zoons van den Vader. Zie Heb 1:5 . Van welke de waarheid op verscheidene wijzen in het Oude en inzonderheid in het Nieuwe Testament is geopenbaard, bijzonderlijk door de opstanding uit de doden. Zie Act 13:32-33 . Rom 1:4 .
8Eis van Mij, en Ik zal de heidenen geven tot Uw erfdeel, en de einden der aarde tot Uw bezitting. ▼
,
▼ 9Gij zult hen verpletteren met een ijzeren scepter; Gij zult hen in stukken slaan als een pottenbakkersvat. ▼▼ scepter Of, staf, dat is, met uw Goddelijke macht en rechtvaardige oordelen zult Gij de ongehoorzamen en wederspannigen verdoen.
,
▼
,
▼▼ pottenbakkersvat Hebr. eens formeerders, dat is, pottenbakkers.
Copyright information for
DutSVVA