‏ Revelation of John 13:3-4

3En ik zag een van zijn hoofden als tot den dood gewond, en zijn dodelijke wonde werd genezen; en de gehele aarde verwonderde zich achter het beest.
 gewond, en Grieks geslacht. Zie van deze wond en haar genezing de aantekeningen vs.1. Want uit het vervolg van den tekst, en de wijze van spreken die Johannes gebruikt, blijkt dat dit beest deze wond in zijn eerste opkomst heeft ontvangen, die door den keizer Justinianus en enige volgende wel enigszins is genezen, maar ten volle geheeld door Pepijn en Carolus Magnus, die omtrent het jaar zeven en acht honderd den bisschop van Rome in zijn volle bezitting heeft gesteld, als de tien koningen die met hem opgekomen zijn, hun macht hem hebben bijgevoegd; waarop de bewondering en onderwerping van alle volken in het christenrijk gevolgd is, gelijk de tekst verklaart.
,
 zijn dodelijke Grieks de slag of wond zijns doods.
,
 verwonderde zich Dat is, volgde het beest achterna met verwondering.
4En zij aanbaden den draak, die het beest macht gegeven had; en zij aanbaden het beest, zeggende: Wie is dit beest gelijk? wie kan krijg voeren tegen hetzelve?
 zij aanbaden den draak, Namelijk wel niet in zijn gedaante, gelijk het heidense Romeinse rijk in zijn afgoden had gedaan, maar in den nieuwen beeldendienst en andere afgodische manieren, waartoe zij in dit rijk vervielen, gelijk hiervoor Rev 9:20 is betuigd, en de ervaring maar al te veel bewijst.
Copyright information for DutSVVA