Romans 4:16-17
16Daarom is zij uit het geloof, opdat zij naar genade zij; ten einde de belofte vast zij al den zade, niet alleen dat uit de wet is, maar ook dat uit het geloof Abrahams is, welke een vader is van ons allen; ▼▼ is zij Namelijk de belofte van deze erfenis.
,
▼▼ uit het geloof, Dat is, onder voorwaarde van het geloof van God gedaan of gegeven.
,
▼
,
▼
,
▼▼ uit de wet is, Dat is, uit de Joden, wien de wet gegeven was. Want dat niemand uit de werken der wet een erfgenaam kan worden, is in vs.14 geleerd.
,
▼▼ uit het geloof Abrahams is, Dat is, die het geloof van Abraham navolgen, al zijn zij uit Abraham naar het vlees niet gesproten.
,
▼▼ van ons allen; Namelijk die geloven.
17( Gelijk geschreven staat: Ik heb u tot een vader van vele volken gesteld) voor Hem, aan Welken hij geloofd heeft, namelijk God, Die de doden levend maakt, en roept de dingen, die niet zijn, alsof zij waren; ▼▼ een vader van vele volken gesteld) Namelijk niet alleen van degenen die uit hem naar het vlees zouden voortkomen, maar ook van degenen, die door het geloof uit alle andere volken in zijn geestelijke familie zouden ingelijfd en aangenomen worden.
,
▼
,
▼▼ Die de doden levend maakt, Dit is het eerste steunsel des geloofs, namelijk Gods almacht, hetwelk Abrahams geloof van node had, om vastelijk te geloven dat hij nu in zijnen ouderdom, als verstorven zijnde, kracht zou krijgen om een vader te worden van vele volken.
,
▼
Copyright information for
DutSVVA