Romans 6:11-12
11Alzo ook gijlieden, houdt het daarvoor dat gij wel der zonde dood zijt, maar Gode levende zijt in Christus Jezus, onzen Heere. ▼▼ der zonde dood zijt, Dat is, der zonde gestorven zijt. Zie de aantekeningen vs.2.
,
▼ 12Dat dan de zonde niet heerse in uw sterfelijk lichaam, om haar te gehoorzamen in de begeerlijkheden deszelven lichaams. ▼▼ dan de Dat is, dewijl gij wedergeboren zijt en verlost van de macht der zonde.
,
▼▼ zonde niet Dat is, de overblijfselen der verdorvenheid, die in ons tot onze oefening en vernedering overig zijn.
,
▼▼ heerse in uw Dat is de overhand hebbe, namelijk over de kracht en bewegingen des Geestes in u. Zie Rom 8:13-14 ; Gal 5:16-18 .
,
▼▼ sterfelijk lichaam, Dit wordt gezegd, niet omdat de kwade begeerlijkheden alleen in het lichaam zijn, of haar oorsprong alleen uit het lichaam en niet uit de ziel hebben; want dat strijdt tegen hetgeen Christus zegt Mat 15:18-19 , en Paulus, Gal 5:19-20 ; maar omdat deze kwade begeerlijkheden zich in het lichaam meest openbaren en door het lichaam uitgevoerd worden.
,
▼
Copyright information for
DutSVVA