Ruth 1:8

8Zo zeide Naomi tot haar twee schoondochters: Gaat heen, keert weder, een iegelijk tot het huis van haar moeder; de Heere doe bij u weldadigheid, gelijk als gij gedaan hebt bij de doden, en bij mij.
 moeder; Of, omdat de vader van Orpa overleden mocht zijn, of, omdat de moeders de dochters gemeenlijk meest beminnen. Van Ruth wordt gezegd, Rth 2:11, dat zij haar vader verlaten heeft.
,
 doden, en bij mij Versta, Machlon en Chiljon, zonen van Naómi en gewezen mannen van haar schoondochters.
Copyright information for DutSVVA