Psalms 1
1Gelukkig de man, Die de raad der goddelozen niet volgt, Niet de weg der zondaars betreedt, Niet neerzit in de kring van de spotters; 2Maar die zijn vreugde vindt in Jahweh’s wet, En dag en nacht zijn wet overweegt. 3Hij is als een boom, aan stromend water geplant, Die zijn vrucht geeft op tijd, Waarvan het blad niet verwelkt: Al wat hij doet zal gedijen. 4De goddelozen zal het heel anders gaan: Als kaf opgejaagd door de wind! 5Daarom houden de bozen het bij het oordeel niet uit, De zondaars niet in de gemeenschap der vromen. 6Want Jahweh kent het pad der rechtvaardigen, Maar de weg der goddelozen loopt uit op verderf.
Copyright information for
NlCanisius1939